Stem jij provinciaal op 20 maart? Van NIMBY naar PIMBY

Op woensdag 20 maart mogen we weer naar de stembus. Maar waar ligt jouw focus op? Wat vind jij belangrijk? Stem je voor of tegen Rutte III, houd je vast aan je stem voor de landelijke verkiezingen of kies je bewust voor de provinciale belangen? Als je kiest voor het laatste – je kijkt met name naar wat er speelt in jouw provincie bij de Provinciale Statenverkiezingen –  dan kan het nuttig zijn om ook echt te beseffen waar er een rol voor provincies ligt weggelegd.

Het Interprovinciaal Overleg (IPO) gaat uit van 7 kerntaken voor de provincie, te weten: 1) duurzame ruimtelijke ontwikkeling, 2) milieu, energie en klimaat, 3) vitaal platteland, natuurbeheer & ontwikkeling natuurgebieden, 4) regionale bereikbaarheid en regionaal openbaar vervoer, 5) regionale economie, 6) culturele infrastructuur en monumentenzorg en 7) kwaliteit van het openbaar bestuur.

Het is soms wel frappant dat in enkele stemwijzers voor provincies ook andere zaken aan bod komen, zoals hoe men dient om te gaan met tradities en geld investeren in de lhbti-emancipatie. Bij dit laatste voorbeeld valt op dat partijen die dit doorgaans zeer belangrijk vinden, hier soms verrassend uit de stemwijzer komen omdat zij het niet als een taak van de provincie, maar als primaire taak van gemeente en rijk hebben aangemerkt.

Punt 2) milieu, energie en klimaat krijgt, net als in de landelijke politiek, in de provincies veel aandacht.  Hierbij is NIMBY (Not In My Backyard), bijvoorbeeld waar het gaat om de plaatsing van zonnepanelen en windparken, een bekend fenomeen. Het is niet per se nieuw, maar wel relevant: Er lijkt veelal voldoende politieke en maatschappelijke steun te zijn voor duurzame plannen, zeker wanneer je naar de meeste verkiezingsprogramma’s van provinciale partijen kijkt. Echter, wanneer de plannen concreter worden en er gebieden worden aangewezen blijkt de meest fervente verduurzamer soms toch minder enthousiast wanneer blijkt dat het windpark in de eigen achtertuin wordt geplaatst. Begrijpelijk, maar soms ook wat hypocriet…

Misschien moet men hierbij wel meer over de eigen schaduw heenstappen en accepteren dat iedereen bij een dergelijke opgave zijn of haar steentje bijdraagt – daarnaast is vechten tegen windmolens doorgaans niet aan te raden. Hierbij ligt een belangrijke rol voor de provincies: zij staan vaak dichter bij hun inwoners dan de landelijke overheid en zouden dan ook beter moeten kunnen uitleggen waarom specifieke ruimtelijke plannen zijn gemaakt. Hopelijk wordt de insteek zo meer PIMBY (Please In My Backyard) dan NIMBY, door meer nadruk te leggen op economische impulsen, werkgelegenheid en duurzaamheid in plaats van overlast en kosten.